Willy Vandersteen is striptekenaar en onder andere bekent van:
Piwo, het houten paard 1943-1946 , Suske en Wiske 1945-heden , De familie Snoek 1945-1972 , Tijl Uilenspiegel 1951-1955 , Bessy 1952-1997 , De avonturen van Judi 1953-1963 ,'t Prinske 1953-1959 , De grappen van Lambik 1954-1963, een nieuwe reeks volgde vanaf 2004 , De Rode Ridder 1959-heden , Jerom 1960-1991 , Karl May (Ook bekend als "Old Shatterhand") 1962-1985 , Biggles 1965-1970 , Safari 1969-1974 , Robert en Bertrand 1972-1993 , Pats 1974-1977 , Tits 1977-1986 , De Geuzen 1985-1990 , Schanulleke 1986-2001
Willy Vandersteen is geboren 15 februari 1913 geboren in de Antwerpse wijk De Seefhoek. Na school ging hij naar de scouting, in 1988 maakte hij speciaal hiervoor het album De wervelende waterzak van Suske en Wiske. Willy Vandersteen kreeg vele baantjes, toen hij bij een warenhuis ging, maakte hij zijn eerste strips in het clubblad: Les péripéties de Kitti Inno.
In de tweede wereldoorlog werden Amerikaanse strips verboden en kwamen er Europese strips. Toen sloeg Willy zijn slag en tekende strips als De lollige avonturen van Pudifar, Thor de holbewoner, Sinbad de Zeeroveren De avonturen van Piwo het houten paard. Aan het einde van de tweede wereloorlog bedacht hij de voorloper van zijn populairste strip De avonturen van Rikki en Wiske. Het eerste plaatje verscheen voor het eerst in De Nieuwe Standaard van 30 maart 1945. Alleen had de uitgever op eigen houtje de titel gewijzigd naar Suske en Wiske. Vandersteen was er zelf ook niet gelukkig mee en Rikki leek te veel op Kuifje, dus werd het tweede deel Op het eiland Amoras Suske en Wiske. tante Sidonie uit Rikki en Wiske speelde ook weer mee en werd proffesor Barabas er aan toegevoegd. Album 3 De Sprietatoom werd nog populairder toen loodgieter/detective Lambik er bij kwam. Het laatste hoofdpersoon nam zijn intrede in album13 De dolle musketiers dat is de ijzersterke Jerom.
In 1948 werd Willy Vandersteen gevraagd door Hengré, om verhalen voor de Vlaamse editie voor het weekblad Kuifje te maken. Alleen zijn tekenstijl was te volks en moest worden aangepast. Willy Vandersteen maakte 8 Suske en Wiske verhalen voor Kuifje. Deze verhalen kwamen niet in de zoghete rode reeks maar in kleur in de blauwe reeks. Ook kwamen Tijl Uilenspiegel en ’t Prinske van Willy Vandersteen in het Kuifje weekblad.
In Vandersteen’s beginjaren waren naast Suske en Wiske ook De familie Snoek heel populair wat een goed voorbeeld voor de “Vandersteen-humor” is.
In 1951 ontstond er weer succesvolle reeks van Vandersteen: Bessy, Dit deed hij samen met Karel Verschuere. Deze serie had eigenlijk Lassie moeten heten maar omdat de scenario’s van de tv-serie zeer beperkt was gebruikte Vandersteen een andere naam.
Door Bessy kreeg Vandersteen voor het eerst doorbraak in een land buiten de Benelux: Duitsland. Hier werd de serie zo populair dat er een speciale studio voor werd opgericht en Vandersteen eerst in het Duits schreef en het merendeel nog niet in het Nederlands vertaald is.
Willy Vandersteen kon het werk van Bessy en de andere stripreeksen niet meer aan en stichtte in 1959 Studio-Vandersteen. Hierdoor kon Willy nieuwe reeksen blijven schrijven, zoals:
De rode ridder:Deze reeks begon in 1959 en verschijnt nog steeds. De hoofdfiguur was gebaseerd op de gelijknamige held uit de jeugdboeken van Leopold Vermeiren. Tegenwoordig wordt de serie geschreven en getekend door Karel Biddeloo die de verhalen een geheel eigen aanzicht heeft gegeven en SF elementen in deze Middeleeuwse strip heeft ingevoerd.
Karl May:Toen de rechten op de verhalen van Karl May in 1962 vrij kwamen vroeg de Standaard Uitgeverij aan Vandersteen of`hij daar ook een stripreeks van wilde maken. Aanvankelijk zag Willy er niet veel in maar doordat Karel Verschuere er wel oor naar had werd er uiteindelijk toch begonnen met deze serie. Tot 1985 zijn er 87 albums verschenen met de belevenissen van Winnetou en Old Shatterhand. Een aantal van de verhalen is echter identiek aan albums die in de Duitse Bessy-serie zijn verschenen. Met slechts een paar kleine wijzigingen werden deze verhalen in beide reeksen uitgebracht.
Jerom :Het optreden van Jerom in de Suske en Wiske-reeks, waarin hij voor het eerst op het toneel verschijnt in De dolle musketiers (1953), was een groot succes. De figuur van deze krachtpatser sloeg zelfs zo goed aan dat Vandersteen besloot om hem zijn eigen reeks te geven die in 1960 van start ging. Net als met Bessy was gebeurd viel ook Jerom zeer goed in de smaak bij de Duitsers. Analoog aan wat er bij de collie was gebeurd leverde dit uiteindelijk een studio op die speciaal voor de Duitse markt in hoog tempo verhalen afleverden. Van 1965-1973 bracht Wastl, zoals Jerom in het Duits werd genoemd, vele avonturen tot een goed einde in zijn gedaante als gouden stuntman. Ook net als bij Bessy werden de beste, of misschien is het beter om in dit geval te spreken van de "minst slechte" verhalen ook in het Nederlands in album uitgegeven. Nadat de serie in Duitsland was gestopt onderging de reeks Jerom in Nederlandse uitvoering nog een paar keer een gedaantewisseling voordat in 1991 het laatste verhaal verscheen.
Biggles:Van deze avonturen- en spionagereeks die was gebaseerd op de boeken van W.E. Johns verschenen in de periode 1965-1970 21 verhalen. Het was een realistisch getekende serie waaraan een eind kwam toen Vandersteen het plan opvatte voor een alweer een nieuwe reeks: Safari.
Safari:De inspiratie voor deze jungle-reeks deed Vandersteen op tijdens een reis naar Afrika, eind jaren 60. Bovendien zijn de verhalen duidelijk gebaseerd op de destijds populaire tv-serie Daktari. De serie behoort evenals Biggles tot het realistische genre. Van deze reis nam de schrijver ook een apenschedelfetisch mee. Dit souvenir speelt een rol in één van de verhalen, iets wat Vandersteen vaker deed. Ook in andere reeksen en verhalen komen voorwerpen voor die Vandersteen van zijn reizen meenam. Bij het grote publiek sloegen de Safari-verhalen niet echt aan. Door dat gebrek aan succes zijn er niet echt veel albums van verschenen. In de periode 1969-1974 zijn er 24 verhalen gepubliceerd.
In 1972 zat hij weer met een nieuwe serie in zijn hoofd: Robert en Bertrand . Hij moest hierdoor alleen Suske en Wiske overgeven aan een opvolger genaamd Paul Geerts uit Studio-Vandersteen. Toen raakte zijn succesvolste serie in handen van een opvolger.
In 1985 startte Willy zijn laatste reeks (van de reeks Schanulleke schreef hij alleen het eerste verhaal): De Geuzen. Er verschenen na het eerste deel De zeven jagers nog negen andere delen voor Willy Vandersteen in 1990 stierf. De Geuzen kreeg geen opvolger omdat Willy een strip hellemaal van zichzelf wilde maken.
Inspirerend persoon
Willy Vandersteen is een inspirerend persoon omdat hij iedere keer weer een nieuwe strip met vele albums kon bedenken en tekenen. (De meest bekende staan bovenaan). Ook heeft het vele mensen geïnspireerd zodat twee van zijn strips Suske en Wiske en De rode ridder nog steed lopen.
Idool
Als je idool van Willy bent, ben je eigenlijk idool van zijn strips. Zo ben ik idool van Suske en Wiske en heb er ook een site van gemaakt (www.senw.weebly.com). Maar ik lees ook veel van zijn andere strips, dus eigenlijk ben ik wel fan van hem.
geschiedenis
Willy Vandersteen
Willy Vandersteen is op 15 februari 1913 geboren met de voledige naam Willebrord Jan Frans Maria in de Antwerpse wijk Seefhoek. Willy's vader kwam uit een familie van houtbewerkers maar hij was beeldhouwer en Willy's moeder dee aan zang, dans en leide een eigen balletgroepje, zo zat de kunst al in de familie. hij tekende in de Antwerpse arbeiderswijk Seefhoek al verhaaltjes met krijt op de stoep, en op school was hij zeer goed in het maken van opstellen en tekenen. Na een opleiding werd hij beeldhouwer bij zijn vader, zijn volgende baan was etaleur.
De jaren veertig
In de jaren veertig begon Willy Vandersteen korte stripjes voor jeugdbladen, dit zag Standaart Uitgeverij (geeft nu nog steeds Suske en Wiske uit) en nodigde Willy Vandersteen uit voor zijn idee, dat de basis van de Suske en Wiske strips zou worden. In de de winter 1944-1945 werkte Willy Vandersteen aan een vervolgstrip voor de krant. Door de avonturen van Rikki en Wiske in de krant te zetten zetten zouden dat meer lezers zijn. op de 30 maart 1945 kwamen de eerste stroken in de krant en dat ging zeer goed. In december 1945 liep het verhaal af, Willy Vandersteen die zag dat een dagstrip een succes had begon met een nieuwe reeks, Wiske en tante Sidonie(nu Sidonia) bleven maar Rikki die te veel op Kuifje leek moest weg. In Op het eiland Amoras werd Rikki vervangen door Suske en kwam professor Barabas erbij. De avonturen van Suske en Wiske zijn geboren! Ook de avonturen van Rikki en Wiske en Suske en Wiske Op het eiland Amoras zijn album uitgegeven.
1946 De avonturen van Rikki en Wiske
1947 Op het eiland Amoras
In 1948 kwam er in De sprietatoom plaats voor een nieuw figuur: Lambik, oorspronkelijk wou Willy Vandersteen hem pukkel noemen. Na Sus Antigoon de overoverovergrootvader van Suske in Op het eiland Amoras komen we in het album na De sprietatoom het album De vliegende aap ook de broer van Lambik: Arthur tegen. ook kwam Op het eiland Amoras in de Nederandse krant De Stem (nu BN De Stem) daarna volgde er meer kranten.
1948 De sprietatoom
1948 De vliegende aap
1949 De koning drinkt
1949 Prinses Zagemeel
1949 De zwarte Madam
In de albums De sprietatoom en De zwarte madam komen we al twee van de bekenste schurken tegen Savantas en de zwarte madam.
De jaren 50 en de blauwe reeks
Sinds 1953 werden de albums ook in een speciale Nederlandse reeks uigebracht.
1950 De witte uil
1950 Bibbergoud
1950 Lambiorix
1951 De stierentemmer
1951 De stalen bloempot
1951 Het zingende nijlpaard
1951 De Ringelingschat
In de jaren 50 ging Willy Vandersteen voor het weekblad Kuifje werken er was een probleem Suske en Wiske waren te volks dus werden professor Barabas, schalulleke en tante Sidonie weggelaten, En was Lambik duidelijk de hoofdfiguur. Voor de rest waren die albums in kleur en deftiger, dat had Willy Vandersteen al eerder geprobeert met Het Spaanse spook, die net als de andere albums niet in de rode reeks maar in de blauwe reeks als album uit kwamen, alleen het laatste verhaal Het gouden paard werd niet als album uitgegeven.
1952 De Tuftuf-Club
1952 Het bevroren vuur
1952 De Sterrenplukers
1952 Het Spaanse spook (blauwe reeks)
1952 De bronzen sleutel (blauwe reeks)
In het album De dolle Musketiers kwam het laatste hoofdfiguur aan bod Jerom, hier is hij nog een vijand, Jerom komt niet voor in de blauwe reeks.
1953 De lachende wolf
1953 De dolle musketiers
1953 De tamtamklopper
1953 Bibbergoud (NL)
1953 Het bevroren vuur (NL)
1953 Lambiorix (NL)
1953 Het zingende nijlpaard (NL)
1953 De Tartaanse helm (blauwe reeks)
1954 De Knokkersburcht
1954 De cirkusbaron
1954 De speelgoedzaaier
1954 De Tuftuf-Club (NL)
1954 De dolle musketiers (NL)
1954 De tamtamklopper (NL)
1954 De schat van Beersel (blauwe reeks)
1955 De IJzeren Schelvis
1955 De kleppende Klipper
1955 De Sterrenplukers (NL)
1955 De Knokkersburcht (NL)
1955 De circusbaron (NL)
1955 De speelgoedzaaier (NL)
1955 De IJzeren Schelvis (NL)
1955 Het geheim der gladiatoren (blauwe reeks)
1956 De circusbaron (herdruk met gecorrigeerde titel)
1956 De straatridder
1956 De bokkenrijders
1956 De brullende berg
1956 De stierentemmer (NL)
1956 De Kleppende Klipper (NL)
1956 De straatridder (NL)
1956 De gezanten van Mars (blauwe reeks)
1957 De spokenjagers
1957 De snorrende snor
1957 De stemmenrover
1957 De Ringelingschat (NL)
1957 De brullende berg (NL)
1957 De spokenjagers (NL)
1957 De groene splinter (blauwe reeks)
Niet alle verhalen van weekblad Kuifje zijn albums in de blauwe reeks verschenen, zo heeft Het gouden paard niet in de blauwe reeks gestaan, en De Sonometer is zelfs niet afgemaakt voor in het Kuifje weekblad omdat Willy Vandersteen plots besloot om te stoppen. In 1958 kregen de albums een andere naam dan in de krant: bijvoorbeeld Het taterende testament werd Het sprekende testament en De zonnige zageman werd De geverniste zeerovers.
1958 De mottenvanger
1958 Het sprekende testament
1958 De geverniste zeerovers
1958 De duistere diamand
1958 De snorrende snor (NL)
1958 De stemmenrover (NL)
1958 Het sprekende testament (NL)
1959 De zwarte zwaan
1959 De geverniste zeerovers (NL)
1959 De duistere diamand (NL)
begin jaren 60 en de tweekleurenreeks
Vanaf de jaren zestig gingen de Vlaamse en de Nederlandse reeks over in twee kleuren en dit zou tot 1966 zo blijven. Naast nieuwe boeken zouden sommige oudere boeken heruitgebracht worden. De albums kregen met de TV te maken want De apenkermis is afgeleid van James Bond en De Texasrakkers van de Texas rangers en Wattman van Batman. Ook heeft Willy Vandersteen velen reizen door Azië gemaakt voor de De sissende sampan, De wilde weldoender en De gouden cirkel. En we komen publieke vijand nr1 voor het eerst tegen in Het Rijmende paard, Krimson.
1959 Het vliegende bed
1959 De Texas-Rakkers
1959 Op het eiland Amoras (NL)
1959 Het vliegende bed (NL)
1960 De duistere diamand
1960 De zwarte zwaan
1960 De windmakers
1960 De gouden cirkel
1960 De zingende zwammen
1960 De duistere diamand (NL)
1960 De Texas-Rakkers (NL)
1960 De zwarte zwaan (NL)
1960 De windmakers (NL)
1960 De gouden cirkel (NL)
1960 De zingende zwammen (NL)
1961 De wolkeneters
1961 De sprietatoom
1961 De klankentapper
1961 De wolkeneters (NL)
1961 De sprietatoom (NL)
1961 De Klankentapper (NL)
1962 De Ringelingschat
1962 De geverniste zeerovers
1962 De wilde weldoener
1962 Het hondenparadijs
1962 De kaartendans
1962 De Ringelingschat (NL)
1962 De geverniste zeerovers (NL)
1962 De wilde weldoener (NL)
1962 Het hondenparadijs (NL)
1962 De kaartendans (NL)
1963 Knokkersburcht
1963 De Kwakstralen
1963 Het rijmende paard
1963 De sissende sampam
1963 Knokkersburcht (NL)
1963 Het sprekende testament (NL)
1963 De Kwakstralen (NL)
1963 Het rijmende paard (NL)
1963 De sissende sampan (NL)
1964 Het sprekende testament
1964 De tamtamklopper
1964 Sjeik El Rojenbiet
1964 De tamtamkloppers (NL)
1964 Sjeik El Ro-Jenbiet (NL)
Vanaf 1964 voegden de Nederlandse en de Vlaamse reeks samen tot een reeks wel bleef het in twee kleuren. Dit komt omdat tante Sidonie haar naam veranderd in tante Sidonia omdat ze Nederlands gingen spreken.
1964 De nerveuze nerviers
1964 De spokenjagers
1964 Het zoemende ei
1965 De koddige kater
1965 De speelgoedzaaier
1965 De circusbaron
1965 De schone slaper
1965 De brullende berg
1965 De dolle musketiers
1965 De IJzeren Schelvis
1965 De apekermis
1965 De stemmenrover
1966 Jeromba de Griek
1966 De snorrende snor
1966 De vliegende aap
1966 De dulle griet
van de rode reeks vanaf 67
1967 67 De poenschepper
1967 68 Het eiland Amoras
1967 69 De nerveuze Nerviers latere herdruk: De nerveuze Nerviërs
1967 70 De spokenjagers
1967 71 Wattman
1967 72 Jeromba de Griek
1967 73 Het zoemende ei
1967 74 De kodige kater
1967 75 Het mini-mierennest
1967 76 De IJzeren Schelvis
1967 77 De apekermis
1967 78 De Dulle Griet
1968 79 De zeven snaren
1968 80 De brullende berg
1968 81 De circusbaron
1968 82 De gramme huurling
1968 83 De straatridder
1968 84 De stemmenrover
1968 85 De schone slaper
1968 86 Tedere Tronica
1968 87 De vliegende aap
1969 88 De tamtamkloppers
1969 89 De dolle musketiers
1969 90 Sjeik El Rojenbiet
1969 91 De speelgoedzaaier
1969 92 De briesende bruid
1969 93 De snorrende snor
word vervolgd